Hoe een minuscuul zaadje respect afdwingt.
Terwijl ik naar een, pas gekiemde, minuscuul kleine plantje kijk, spelen er heel wat vragen door mijn hoofd. Te beginnen met het Bijbelverhaal over het mosterdzaadje. Het gaat ongeveer zo:
‘Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een mosterdzaadje, dat iemand nam en in zijn akker zaaide. Het is wel het kleinste van alle zaden, maar als het volgroeid is, is het groter dan de tuingewassen en het wordt een boom’
Toen deze tekst in de klas of van op de preekstoel voorgelezen werd, had ik al het grootste respect voor het mosterdzaadje, de Hercules onder de zaden. Zonder eigenlijk te weten welke plant hieruit voortkwam. Een boom gevuld met mosterdpotten? Want mosterd kende ik wel.
De mosterdfabriek was gelegen bij ons in het dorp. Mosterd van “De Wever”. Mijnheer De Wever was bestuurslid van de fanfare en liep soms, bij een uitstap, ook mee achter de spelende leden. Hierdoor kende ik de mosterdfabrikant dus persoonlijk als René De Wever. Zo moest ik (als 13,14 jarige?) op een bepaalde dag speciale mosterd gaan ophalen ten huize van de fabrikant. Ik zie het gebeuren nog zo voor mij.
Mevrouw De Wever komt opendoen. “kom binnen, en… voor wat is’t” waarop ik onwennig zeg: “awel mijn vader stuurt mij om de afgesproken mosterd te komen halen”. “Ah, ja voor de kermis hé. Ik zal René eens gaan roepen”.
René wist nog wat hij beloofd had en ik moest hem volgen naar ‘den atelier’.
Daar was iemand, waarschijnlijk zijn ‘mosterdman’, de machines aan het reinigen. “start ze nog eens op” zei René. “ja…maar, ik heb ze juist…” “nee nee doe maar, het is voor Charlie”.
Met een beetje tegenzin begon de man de machine weer op te starten. “Maak hem maar goed scherp!” hoorde ik René nog roepen nadat hij mij weer naar zijn woning loodste. Ik moest dan nog even wachten en kreeg intussen een pint. Want een muzikant moet daar toch tegen kunnen.
Eenmaal thuis hoorde ik dat het ‘matière’ was. Perfect op de broodjes met ‘kop’ of op een grote blokworst die op een kartonnen schaaltje overlangs in stukjes gesneden werd.
Dus het waren mosterdzaadjes die in de machine gingen samen met azijn water en zout.
Volgens de parabel (Matteüs 13, 31-32) wordt het mosterdzaadje een boom maar volgens Wikipedia (https://nl.wikipedia.org/wiki/Mosterd), is de mosterdplant een kleine éénjarige plant met gele bloemen. Hij wordt vaak verward met koolzaad waar hij erg op lijkt en waar hij ook nauw verwant mee is. Mosterdzaadjes zijn ongeveer 0,5 tot 1 mm groot. Tja, wie moet ik hier geloven. Op Wikipedia doen ze er nog een foto bij van een mosterdveld. In de kinderbijbel is het een kleurentekening van ene Nelly Bube.
Het miniscuul, pas gekiemde, plantje dus. Ik hou een lijst bij van alle zaailingen. Daarop noteer ik datum van zaaien en datum van ontkiemen. Een beetje als een postzegelverzamelaar die bijhoudt welke zegels hij dubbel heeft en hoeveel van welk land enz… Om de twee dagen tel ik de nieuwe kiemen. Het minuscuul plantje moet anderhalve tot twee meter hoog worden. In mijn ogen ook al een hele prestatie!
Respect voor het peperzaadje!

Noch de vorm noch de lengte zijn de reden voor onmacht
Het is de wil om te slagen, die leidt naar de levenskracht